Serc

Westland in prentbriefkaarten

Bron : Website LW Koppenol

Van dhr. J. C. Rietdijk uit Weert ontvingen we onderstaande prenten, die uit een RABO-bank kalender van 1987 komen, ook de tekst. Hartelijk dank heer Rietdijk!

Waar nu in Monster een aantal parkeervakken onze heilige koe ten dienste staat, lagen vroeger de rails van de Westlandse tram. De foto toont ons het punt waar links café De Aanleg zich bevond. Het was een onderdeel van de laagbouw die je er nu nog aantreft. Het pad rechts is voltooid verleden tijd, maar de contouren van het huis op de achtergrond zijn nog steeds te herkennen. O.a. gemeentesecretaris de heer Van Luik heeft er gewoond. De Westlandse tram had hier een wissel die door kwajongens nogal eens werd omgezet waardoor de tram op het verkeerde pad terecht kwam en de conducteur er tot z'n grote ergernis uit moest om de zaak weer in het juiste spoor te krijgen. De foto is er typisch één van de goeie ouwe tijd waarin men er echt voor ging staan om maar zo voordelig mogelijk op de kiek te komen.

Vanuit de 's-Gravenzandse Vaartstraat heb je nog steeds een zelfde gezicht op de Hoflaan met rechts de smederij van de firma Hoogkamer waar ook paarden werden beslagen. Op de hoek links woonde mevrouw Boers-van Straalen, dochter van Jan van Straalen en moeder van Maarten Boers, de drankhandel die nu gedreven wordt door de dochter van de heer Boers. In de poort daarachter zat de heer Duifhuizen die met een hondenkar petroleum ventte. Maar knikkers verkocht-ie ook. De karakteristieke boom achter het hek, rechts op de achtergrond, staat er nog altijd. De foto is van 1903 en waarschijnlijk de oudste van deze kalender.

Ter Heijde in 1927. een jaar voor de afbraak. Voltooid verleden tijd, althans voor het Ter Heijde van de twintiger jaren want het dorp werd in 1930 herbouwd. Dat het vroeger een schilderachtig vissersdorp was, is op deze prent goed te zien. We kijken hier de oude Trompstraat in, richting duinen. De huisjes dateren uit de jaren rond 1740. Opvallend is dat men destijds nu eens de druipkant en dan weer de topgevel aan de straatzijde bouwde. De dakvlakken hadden verschillende hellingen en ook in de kleuren was men niet gebonden aan wetten en regels. Muren waren vaak wit gepleisterd, daken voorzien van rode pannen terwijl de blinden voor de ramen groen waren geschilderd. Maar van bestrating had men kennelijk nog geen kaas gegeten.

't Wegje in het Monster van driekwart eeuw geleden. Het is er allang niet meer maar was waar nu de Havenstraat overgaat in de Gantellaan. 't Wegje, en veel meer was het ook niet, een weggetje langs de vaart die uitliep in de haven bij de grote kerk. Rechts op de voorgrond zien we nog een tweetal palen waarop borden zijn bevestigd. Zij zullen de schippers van die dagen verteld hebben dat aanleggen er verboden was. Uiteindelijk was de haven er niet voor niets. Van de Emmastraat was er in die jaren nog helemaal geen sprake. Dirk Looije had er zijn tuin, oudere Monsternaren weten dat misschien nog. Wie weet zijn de twee jonge bomen (links) in het midden) dezelfde als de twee voor het huidige huis nummer 30. Ze hebben er de leeftijd voor. . . . . . .

"Secretaris Schumacher", staat er te lezen op de reddingsboot van Ter Heijde. Een wat droge benaming voor zo'n heldhaftig schip. De man van die naam zal het echter wel verdiend hebben. De prent dateert van 1910 toen Prins Hendrik (rechts op de voorgrond met platte pet) een oefening bijwoonde op het strand van Ter Heijde. De prins was beschermheer van de reddingsmaatschappij en voelde zich derhalve nauw betrokken bij het reddingswezen wat o.a. tot uiting kwam bij de ramp met de Berlin, enkele jaren eerder voor de kust van Hoek van Holland. De zgn. roeireddingsboot werd met paarden, die aan weerszijden van de achterste wielassen werden aangespannen, de zee ingetrokken. Speciaal voor de plaat staat de voltallige bemanning aangetreden, twaalf manhaftige kerels.

Oudere inwoners van Hoek van Holland herinneren zich vast nog wel de Blikken Buurt. Het waren dienstwoningen van de Nederlandse Spoorwegen waarin werknemers (in de ruimste zin des woords) waren gehuisvest. Omdat golfplaten een veel toegepast bouwmateriaal was bij deze Derde Wereldachtige optrekjes, werd het de Blikken Buurt genoemd. Ze stonden oostelijk van de vuurtoren, op de spoordijk. Op de voorgrond en links ligt de oude ijsbaan die tot ver na de Tweede Wereldoorlog nog in gebruik was. Bij zomerdag graasden er koeien. Eén van de 26 platen van deze kalender waarvan niets, maar dan ook niets meer over is.

Kerkplein, hoek Herenstraat. Het hart van oud-Monster, toen en nu. Maar nu staat in de schaduw van de grote kerk geen gemeentehuis meer. Het gemeentehuis dat we op deze foto van 1904 zien is het oude raadhuis dat ver voor de eeuwwisseling werd gebouwd. Dat stelde in het begin van onze eeuw nog niet zoveel voor. De twee ramen links van de deur waren voldoende en rechts resideerde de gemeentebode. De man, die zo gemoedelijk tegen de pomp leunt, is de oude Toon van Spronsen. Toon zorgde, geheel op eigen initiatief, voor de nieuwslezing in Monster. Daartoe stond hij daar de hele dag, van 's morgens vroeg tot laat in de avond, zes dagen in de week het plaatselijk nieuws te verzamelen, te "verwerken" en uiteraard zorgde hij ook voor de verspreiding ervan. En in het verlengde van die nieuwsgaring ontstonden daar bij de pomp ook de dorpsverhalen zoals alleen in die tijd dorpsverhalen de ronde deden, rijk aan humor en bont opgesmukt zoals dat bij de dorpspraat hoorde. Want radio en T.V. waren er niet. Nog lang niet!

Hoek van Holland anno 1907. En wel het gedeelte dat het Eerste Zandwerk werd genoemd want de échte oude Hoek lag bij de Strandweg. Hier zien we de karakteristieke watertoren en kijken tegen de Rietdijkstraat aan. Het hoogste huis is Hotel America. Het "gat" rechts is de tegenwoordige Prins Hendrikstraat. Hoek van Holland was destijds nog gemeente 's-Gravenzande, een gemeente die niet kapitaalkrachtig genoeg was om de Hoek van een eigen waterleiding te voorzien. Vandaar dat de Nederlandse Spoorwegen er toe overgingen een eigen watertoren en pompinstallatie te bouwen ten einde de passagiers en locomotieven toch over het nodige drink- c.q. koelwater te kunnen laten beschikken. De Hoekse VVV heeft - nadat de watertoren overbodig was geworden - nog getracht deze als onderkomen te verkrijgen maar dat is niet gelukt. De toren stond waar nu de Harwichweg de Langeweg kruist, in de nabijheid van het Herman Visserhuis. In de meidagen van 1940, aan het begin van Wereldoorlog 11, is de toren als waarnemingspost gebruikt door de CDT van het 3e Regiment Infanterie van de Koninklijke Landmacht.

Hoek van Holland, 29 juni 1908. De kiek is genomen vanaf de vroegere vuurtoren die er overigens nog altijd staat en laat het deel van de Hoek zien wat in die jaren het Eerste Zandwerk werd genoemd. Links de watertoren van de Nederlandse Spoorwegen en de Paardenstraat, op de achtergrond o.a. de oude Rooms Katholieke Kerk en daar tussenin de toenmalige bebouwing van de Prins Hendrikstraat, 1 e Scheepvaartstraat, Rietdijkstraat, Harmoniestraat en Concordiastraat. Goed te herkennen zijn nog de zgn. bootwerkerhuizen in de 1e Scheepvaartstraat en rechts Hotel Ingemar, toen hulpsecretarie. Over de Prins Hendrikstraat sukkelt het trammetje over z'n rails. De vlakte op de voorgrond was in gebruik als weiland en vanaf de twintiger jaren als speelveld van Voetbalvereniging Hoek van Holland. In 1945 werd het Transitcamp er gevestigd -in de volksmond het Engelse Kamp genoemd -en vandaag de dag heet het, het Blesplan en staat het volgebouwd met huizen.

Het Vaartplein anno 1987 lijkt in de verste verte niet meer op het Vaartplein van zo'n 75 jaar geleden. Waar nu de passagiers van de streekbussen van West-Nederland in- en uitstappen, werd toen mest gereden. Met een platte schop werd de mest in de mest- bakken gedeponeerd. een bezigheid die vandaag de dag heel 's-Gravenzande op z'n kop zou zetten vanwege de stankoverlast. De enige beperking van toen was dat er na vijf uur zaterdagmiddag niet meer gereden mocht worden. Wat op deze oude prent nog wel min of meer herkenbaar is, is het hoge huis op de achtergrond waar nu drankenhandel Impodra is gevestigd. Een dikke laag klimop maakt vergelijken van de details echter nogal moeilijk. In de poort rechts zat bakker Mostert met zijn bedrijf.

Het staat er nog net als voorheen, dat station van 's-Gravenzande. Alleen is het allang niet meer in gebruik als station maar als onderkomen van de Ned. Zaadcentrale. Tot in de meeste details is het fraaie gebouwtje nog het zelfde, tot de karakteristieke dakspanten en de sierlijke vensters toe. Het pand ernaast heeft door de jaren heen flink wat wijzigingen ondergaan, maar het derde en laatste huis op de rij staat er nog praktisch onveranderd bij. De foto toont het moment waarop de tram op het punt staat te vertrekken en zo te zien was daar behoorlijke belangstelling voor. Reeds vóór 1940 werd de tramlijn opgeheven maar tijdens de oorlogsjaren werd hij weer in gebruik genomen waarna de lijn in deze hoedanigheid nog jaren dienst heeft gedaan.

Het Marktplein, hart van 's-Gravenzande, toen en nu nog. Maar als we heel eerlijk zijn: tóen nog meer als nu, want zo'n decoratieve muziekkapel hoort toch eigenlijk helemaal bij een marktplein. Achter de muziektent, waar nu het politiebureau is gevestigd, stond de Openbare School. Van het Marktplein zuidzijde zijn alleen de twee middelste panden nog te herkennen. Boetiek 't Haantje heeft er inmiddels z'n tenten opgeslagen. Links daarvan staat nu de Rabobank terwijl rechts de schoenenzaak van Van Dalen zich bevindt. In 1917, want in dat jaar werd deze prentbriefkaart afgestempeld, op 10 september om precies te zijn, waren dat o.a. de winkel van Dirk de Jong, een handel in petroleum en huishoudelijke artikelen, een slagerij en de sigarenzaak van Van Baarzel. De dorpspomp staat er nog maar zijn aanzien is bij nauwkeurige vergelijking toch wel behoorlijk veranderd. En de bomen, ja die zijn wat hoger en dikker geworden in de 70 jaren die voorbij zijn gegaan.

Het eerste protestantse kerkje van Ter Heijde werd op 18 juli 1668 in gebruik genomen. De Prins van Oranje, tevens ambachtsheer van Ter Heijde, had er de eerste steen voor gelegd. De kerk heeft het vijftig jaar uit kunnen houden, toen moest het 320 meter landinwaarts worden herbouwd omdat wind en water steeds grotere stukken van de kust wegsloegen. In 1720 konden de Heijers opnieuw ter kerke. Toen in 1942 de Duitsers Ter Heijde opofferden aan de Atlantic Wall, bleef het kerkje gespaard. Weliswaar niet voor de Dienst des Heeren maar als paardenstal voor de bezetter. In 1952 tenslotte werd de kerk weer in ere hersteld, voorzien van een extra zijbeuk. De foto stamt uit de jaren rond de eeuwwisseling. Het houten hek rond het kerkhof zult u vergeefs zoeken. Een stenen muur beneemt nu het zicht op de

Het dorpscafé van Ter Heijde omstreeks 1914. Het was in 1739 gebouwd als Schoolhuis ter vervanging van de door de zee bedreigde school uit I 552. In 1873 werd de nieuwe school in gebruik genomen en nam de fam. Looije het oude schooltje over die er een café in begon. In 1928 is het met het oude dorp afgebroken. Het café was een trefpunt voor jonge en oude Heijers. Rechts staat de heer Looije die behalve kastelein ook barbier en klokkenluider was. Bovendien had hij een schoenmakerij (links van de voordeur). Met recht een multifunctioneel bedrijf dus. Naast hem zijn twee dochtertjes, links de schoenmakersknecht en de enige Monsterse postbode, de heer Vermaat, in vol ornaat. Het bord aan de dakgoot is er later bij een zware storm afgewaaid.

Een dubbelspoor in de Prins Hendrikstraat! Wie kan zich dat nog voorstellen als hij of zij door de hoofdstraat van Hoek van Holland wandelt? Hoe tijden kunnen veranderen! De prent is van 1919 en laat het punt zien waar in die jaren het eindstation van de WSM zich bevond, tussen het postkantoor en het Blesplan in ongeveer waar nu Radio HesseIs is gevestigd. Het postkantoor staat er nog steeds in volle glorie. tot praktisch in alle details nog hetzelfde. Ook het iets verder gelegen huis, nu Hotel Ingemar, toen hulp- secretarie en later pastorie. staat er nog. De Prins Hendrikstraat zelf beperkte zich tot een smalle straatweg want de twee sporen van de tramlijn slokte driekwart van de weg op. Ter hoogte van de klok bij Hotel America werd het enkelspoor waarna de lijn haar weg vervolgde en bij de Strandweg met een grote bocht naar 's-Gravenzande liep. Er werden zowel passagiers als vracht vervoerd.

De Terheijdenscheweg zult u tevergeefs zoeken in het dorp Monster. Want wat toen de Terheijdenscheweg heette, is nu de Rijnweg. Overigens bestaat er heden ten dage nog wel een Heijdseweg maar die moeten we verderop zoeken. Het punt is nog goed herkenbaar. Het grote witte huis rechts, de voormalige burgemeesterswoning, kan gewoon niet missen, alleen zijn de bomen verdwenen en is de villa helaas ontdaan van z'n tierelantijnen. Hij ligt er nu eigenlijk maar kaaltjes bij als je 'm vergelijkt met de foto van driekwart eeuw geleden. Ook het aanzien van de huizenrij links is nog hetzelfde, zeker het eerste pandje. Het staat er nog even wit als vroeger. Toen ze destijds door de firma N. Brederoo werden gezet, kostten ze nog geen 800 gulden.

De prentbriefkaart is afgestempeld op 17 juli 1923 en het kost niet veel moeite om bij een hedendaags strandbezoek vast te stellen dat er in die 64 jaar het één en ander is veranderd. Van bruin en bloot was toen nog geen sprake, je was al ondeugend als je op blote voeten oog in oog met de branding kwam te staan. De kuisheid ging zelfs zo ver dat de badkoetsjes, in gebruik als kleedhokjes, met bader of baadster en al de zee in werden gereden waarop men schichtig het water instapte, door de koetsjes min of meer onttrokken aan de nieuwsgierige blikken van de strandbezoekers. Moet je nu eens komen!! Vermeldenswaard is dat de badkoetsjes gemaakt waren van de restanten van oude Duitse legervoertuigen die bij de aftocht in 1918 waren achtergebleven in Limburg. Smid Rooney heeft het spul toen opgekocht en er de koetsjes van gemaakt. Ze bleven tot ver na de Eerste Wereldoorlog in gebruik en enkele werden nota bene in de Tweede Wereldoorlog opnieuw door de Duitsers voor oorlogsdoeleinden ingezet. Na de Tweede Wereldoorlog werden de overgebleven koetsjes ook nog gebruikt, nu als kleedhokjes naast de vaste cabines op het strand. Over recycling gesproken. . . . . . .

Het Marktplein, hart van 's-Gravenzande, toen en nu nog. Maar als we heel eerlijk zijn: tóen nog meer als nu, want zo'n decoratieve muziekkapel hoort toch eigenlijk helemaal bij een marktplein. Achter de muziektent, waar nu het politiebureau is gevestigd, stond de Openbare School. Van het Marktplein zuidzijde zijn alleen de twee middelste panden nog te herkennen. Boetiek 't Haantje heeft er inmiddels z'n tenten opgeslagen. Links daarvan staat nu de Rabobank terwijl rechts de schoenenzaak van Van Dalen zich bevindt. In 1917, want in dat jaar werd deze prentbriefkaart afgestempeld, op 10 september om precies te zijn, waren dat o.a. de winkel van Dirk de Jong, een handel in petroleum en huishoudelijke artikelen, een slagerij en de sigarenzaak van Van Baarzel. De dorpspomp staat er nog maar zijn aanzien is bij nauwkeurige vergelijking toch wel behoorlijk veranderd. En de bomen, ja die zijn wat hoger en dikker geworden in de 70 jaren die voorbij zijn gegaan.

De naam is hetzelfde en ook de toren staat er nog even onverzettelijk. Maar voor de rest is het eigenlijk allemaal weg: vertimmerd, weggebroken of gerenoveerd, aangepast aan de eisen van een tijd die voortdurend in beweging is. Hoewel, het witte pand op de hoek van het Kerkplein heeft door de jaren heen weinig veranderingen ondergaan. Rechts zien we een soldaat uit de mobilisatie van' 14-' 18 en helemaal op de achtergrond, onder de bomen, schemert nog het oude gemeentehuis. Voor wat oudere Monstenaren: de grote vrouw links is Japie Solleveld, staande naast haar winkel in manifacturen. Bij een besteding van 5 gulden kreeg men een ansichtkaart cadeau, een dorpsgezicht van Monster. Op de achterzijde van de kaart stond dan haar naam vermeld want ze was ook eigenares van de gelijknamige uitgeverij. Het huisje links van de auto was van Kasper Bouman die daar een zaak in galanterieën dreef, thans bewoond door de heer Toos Pakvis. De dakgoten waren in die tijd zo laag dat het kwajongens geen enkele moeite kostte de mussen te vangen die achter de klossen zaten waarop de goten rustten. Ze werden overigens elders weer losgelaten, o.a. in een bakkerij, aldus de heer Piet Lamot, ex-koster van de Ned. Hervormde Kerk.

De grote passagiersschepen van de Holland-Amerika Lijn konden alleen bij hoog water doorvaren naar Rotterdam. Was dat niet het geval dan moesten ze, i.v.m. de diepte van de Waterweg, worden afgemeerd te Hoek van Holland. Vandaar dat er voorzieningen waren getroffen voor de aan- en afvoer van passagiers en vracht. Wat we op de foto zien (1919) is de aankomst van het stoomschip Rotterdam bij de aanlegsteiger. Vooral Poolse Joden schijnen in die tijd van hier vertrokken te zijn. Later werd het dienstgebouw van de H.A.L. als fruitloods in gebruik genomen en in de mobilisatie van '39-' 40 werd het gebouw geannexeerd door Nederlandse militairen. Z'n laatste bestemming was een onderdeel van het Transitcamp t.b.v. Engelse soldaten. In 1956 ten slotte is het afgebrand. U moet zich de locatie van deze foto ongeveer denken op de plek waar in 1986 de grote terminal van de Maatschappij Zeeland is gebouwd.

Dat de Molenweg in Monster vandaag de dag echt breed is, zouden we niet willen beweren, maar driekwart eeuw geleden was-ie dat in ieder geval niet! Een smalle weg waar twee paard-en-wagens elkaar maar net konden passeren en daar hield het mee op. Links staan nu tamelijk hoge bomen en een manshoog ijzeren hek sluit het kerkhof af van de weg. In de opstallen rechts oefende boer Borsboom z'n bedrijf uit en in het huisje links woonde de koddebeier Bram de Rijke, die echter vanwege zijn beroep meer in de duinen vertoefde dan binnenshuis. Stropers gaven in die tijd namelijk handenvol werk. . . . . . Wat onveranderd is gebleven is de molen. Goed, er mag dan eens wat aan hersteld zijn maar De Vier Winden maalt er nog altijd zijn wieken door de Monsterse hemel.

Bij een oppervlakkige beschouwing van deze foto lijkt er niet zo gek veel veranderd te zijn in driekwart eeuw 's-Gravenzande. De contouren van het stadhuis zijn dan ook zo markant dat heden en verleden elkaar nauwelijks ontlopen. Maar dan de details! Want wie weet nog dat in de Langestraat het Politiebureau stond, een meer dan simpel optrekje dat bijna gemangeld werd tussen het Gemeentehuis en Spekslagerij P. Luik? Beide hebben ze reeds lang plaats moeten maken voor andere bebouwingen terwijl het stadhuis zelf nog slechts een fragment is van een inmiddels veel groter en moderner gebouw. De Spaansche Vloot is nog te herkennen maar het huis daarvóór is er ook allang niet meer. Het was van dominee Van Geest die nu nog voortleeft in de naar hem genoemde straat op exact dezelfde plaats. De boom rechts werd met recht De Dikke Boom genoemd. Officieus had hij dezelfde functie als in vissersplaatsjes de zgn. leugenbank aan de haven. Sterke verhalen waren er schering en inslag en de grond rond de stam zal zonder twijfel als kwispeldoor hebben gediend.

Als je nu over de Strandweg in Hoek van Holland loopt, richting zee, dan is daar van bebouwing nog weinig te merken. Het eindpunt van de N .S., nauwelijks een station te noemen, het restaurant van Van der Sande en nog wat horeca waarvan ook de bar Sgt. Peppers deel uitmaakt. En voor de rest een vlakte, gras, struiken en duinen. Maar helemaal geen tramlijn die op deze plaat van omstreeks 1913 nog tot in de "Oude Hoek" doorgetrokken was. Wat tegenwoordig een wensdroom is, was vroeger een realiteit! Die Oude Hoek was ontstaan bij het graven van de Nieuwe Waterweg en wat nu de kern van Hoek van Holland vormt, werd toen als nieuw bestempeld en het Eerste en Tweede Zandwerk genoemd. Links op de foto zien we o.a. de pandjes van Van der Hoeven (de "Bierboer"), slager Boekestein (nu Sgt. Peppers) en kruidenier Vermeer. Hoe de tijd het straatbeeld al kan veranderen! De Oude Hoek werd voor het grootste gedeelte in 1943 door de Duitse bezetter i.v.m. de aanleg van de Westwal afgebroken.

Aankomst van de Westlandsche stoomtram in de Choorstraat te Monster. Een hele gebeurtenis zo te zien. Of zou het allemaal speciaal voor de foto geweest zijn? Het grote pand links is café Overheijde, ook nu nog welbekend. Toen was het een hotel en er zullen heel wat gasten van Overheijde hier in en uit de tram zijn gestapt. Opvallend detail is dat de ingemetselde witte gevelstenen er nog zijn. Geluidshinder en stankoverlast zullen toen nog onbekende begrippen geweest zijn want dat zo'n ijzeren gevaarte zó dicht langs je voorgevel dreunde, zal nauwelijks ergernis hebben gewekt. De tram had eerste en tweede klas en ook dat was de gewoonste zaak van de wereld.

Wie goed kijkt ziet op de zijgevel van café Overheijde nu nog "Bondshotel" staan. Het woord is weliswaar overgeschilderd maar het is er nog. Evenals het raam daarboven. Voor de rest is het allemaal anders geworden, de benedenpui, de achtergevel en het hek, dat is er helemaal niet meer. Na het hek werd op deze plek de eerste Monsterse veiling gebouwd en pas daarna kwam de Dr. van der Brinkstraat. Geveild werd er voordien ook al en wel op het biljart van het hotel! De kleine jongen die zo parmantig voor de fotograaf poseert is de bekende heer Piet Lamot, gedurende 44 jaar koster van de Ned. Hervormde Kerk. Op de foto is hij een jaar of zes. Let u ook eens op het mooie smeedijzeren hek boven de ingang van het Bondshotel. Het is er nog steeds. al meer dan tachtig jaar.